VVAZ
Intermedis

Klik hier voor
onze diensten

Intermedis A & A

Ondernemer negeert horecaclausule; NN weigert terecht brandschade te vergoeden

Geplaatst op: 24-04-2020, 11:20:55

Nationale-Nederlanden heeft terecht geweigerd tot vergoeding van de brandschade over te gaan bij een restaurant. Ook de verzekeringstussenpersoon treft geen blaam.

Volgens de rechtbank Den Haag heeft de ondernemer niet voldaan een de bijzondere voorwaarden van de horecaclausule en hoeft de verzekeraar daarom niet te betalen. Ook is vast komen  te staan dat de tussenpersoon de impact van de clausule voldoende duidelijk heeft gemaakt aan zijn klant.
De ondernemer exploiteerde een Turks (afhaal)restaurant, waar een moeder en zoon de vennoten zijn. De brand-, bedrijfsschade- en aansprakelijkheidsverzekering hiervoor waren via een tussenpersoon afgesloten bij Delta Lloyd dat inmiddels is overgenomen door NN. In de polisvoorwaarden zijn diverse voorwaarden verbonden aan afvalbakken en ook aan de elektrische installatie. De voorwaarden zijn duidelijk: als niet wordt voldaan aan een reeks eisen gaat de verzekeraar bij een eventuele schade niet over tot vergoeding.

Ondernemer gewezen op brandpreventie

Zowel verzekeraar als tussenpersoon heeft diverse malen schriftelijk en/of mondeling gecommuniceerd met de verzekeringsnemer over onder meer brandpreventie en de polisvoorwaarden. Toch kon dit niet voorkomen dat eind 2018 brand ontstond in een afvalcontainer, die oversloeg naar het pand. Reden: de container stond te dicht bij de achtergevel. De schade van circa € 110.000 komt voor rekening van de horecaondernemer, omdat de verzekeraar de schade niet wil vergoeden. De ondernemer had zich immers niet aan de voorwaarden gehouden.

Impact clausules is voldoende duidelijk

Vaststaat dat NN de clausule voldoende onder de aandacht heeft gebracht van de klant. “NN heeft er terecht op gewezen dat van een verzekeringnemer mag worden verwacht dat hij een nieuwe polis na ontvangst niet ongelezen weglegt. De clausule is in begrijpelijke taal opgesteld, zodat de VOF de reikwijdte daarvan kon overzien”, oordeelt de rechtbank. “Onder deze omstandigheden mocht van de VOF worden verwacht dat zij contact zou opnemen met NN, of in ieder geval met haar assurantietussenpersoon, als zij bezwaar had tegen de toepasselijkheid van de clausule.”

Ondernemer vindt clausule onredelijk bezwarend

Vaststaat dat de ondernemer niets heeft ondernomen na ontvangst van de polis. Wel werd bij de rechtbank benadrukt dat de clausule “onredelijk bezwarend is, omdat de gemeente niet toestond de container vijf meter uit de gevel te plaatsen”. Iets waar de rechterbank niets mee kan, omdat de ondernemer akkoord is gegaan met de clausule en dus de container na sluitingstijd op ten minste vijf meter afstand van het pand had moeten plaatsen.

Tussenpersoon krijgt ervan langs

De horecaondernemer richtte daarom de pijlen maar op de tussenpersoon die onvoldoende uitleg zou hebben gegeven aan de inhoud van de clausule. Die bleek juist uitgebreid met de ondernemer te hebben gesproken over de clausule en ook de situatie ter plaatse in ogenschouw te hebben genomen. Van schending van de zorgplicht is in elk geval niets gebleken. De ondernemer kan de brandschade op niemand verhalen en is ook nog eens veroordeeld in de proceskosten.

Bron: bijdrage van 23 april 2020 van Annet van den Berg op www.amweb.nl                      

Vorige pagina